In september 2011 berichtte Rotshuizen Geense over het wetsvoorstel tot verhoging van het griffierecht dat moet worden betaald om een procedure te kunnen voeren. Inmiddels is er weer het nodige gebeurd.
Naar aanleiding van het wetsvoorstel van het huidige kabinet, om de griffierechten zodanig te verhogen dat de kosten van de rechtspraak grotendeels bij degenen zou komen te liggen die gebruik maken van de rechtspraak, is een storm van - overwegend negatieve - reacties losgekomen. De strekking daarvan is overwegend dat de functie van de rechtspraak verankerd is in de Grondwet en meer is dan het slechten van een geschil. Beperken van het recht op toegang tot de rechter, waar het fors verhogen van het griffierecht in de praktijk op neer zal komen, is uit den boze.
Recent heeft het kabinet bekend gemaakt het griffierecht in zaken bij de bestuursrechter minder fors te laten stijgen, maar de stijging is nog steeds zodanig dat die voor velen een belemmering zal zijn om de gang naar de rechter te maken. Niet het objectieve recht, maar het recht van de sterkste, van degene met geld, zal dan de doorslag geven voor de uitkomst van een geschil.
Op 1 november 2011 is het advies van de hoogste adviesinstantie van de regering, de Raad van State, gepubliceerd , samen met de reactie daarop van minister Opstelten. Dat uitgebreide en degelijk onderbouwde advies brengt de Raad van State tot de conclusie dat hij over dit wetsvoorstel niet positief kan adviseren. Het advies luidt dan ook aan de regering om het wetsvoorstel niet in deze vorm bij de Tweede Kamer der Staten Generaal in te dienen. Een passage uit het advies van de Raad van State : "De regering miskent met haar voorstel dat rechtspraak niet een dienst is die zonder meer is gelijk te stellen aan een andere door de overheid aangeboden diensten. Het gaat om een in de Grondwet verankerde waarde en functie die bijdraagt aan het goed functioneren van de twee andere machten in de staat, de wetgevende en de uitvoerende macht, en aan het behoud van een goed evenwicht tussen deze twee andere machten".
De reactie van de minister leert dat het kabinet het voorstel, naast de al genoemde verlaging van het griffierecht, op ondergeschikte punten wil aanpassen, maar voor het overige haar voornemen doorzet. Het woord is nu aan de Tweede en Eerste Kamer.
Thema's:
Bestuursrecht en Overheid en onderwijs
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Advocaat
Juridisch medewerker